Hydrangea’s kan je op verschillende manieren vermenigvuldigen. Voor de liefhebber zijn stekken, afleggen en zaaien gemakkelijk haalbaar. In-vitro-kweek laten we hier buiten beschouwing, die techniek hoort thuis in de professionele sfeer. Deze pagina bevat een overzicht en tips voor:

 

Zomerstek

Juli is de ideale maand voor het nemen van bladstekken, de “traditionele” manier van vermenigvuldigen. Met groene vingers lukt het zelfs van juni tot augustus. Deze methode is niet alleen snel, ze werkt prima voor de meeste hydrangea-soorten.

  1. Eerst zoek je jonge takken die niet eindigen in een bloemknop. Dat wil zeggen: takken die eindigen in een bladknop of in bladeren:

  2. Vervolgens neem je de stek.

    Met een scherp, proper mes snij je de bovenste 10-15 cm van die takken af, tot onder het tweede bladpaar (a). Het onderste bladpaar verwijder je met zachte hand (b). Van het bovenste bladpaar snijd je de helft weg van elk blad (c).

       
    a   b   c
  3. Dan plaats je de stek in stekgrond.

    Vul een pot of een tray met stekgrond, geef overvloedig water en laat goed uitlekken (d). Als stekgrond gebruik je bij voorbeeld een mengsel van turf en zand, of een commercieel mengsel. Potgrond is absoluut uit den boze, die bevat namelijk een dosis meststof die de stek meteen zou verbranden! Steek de verse stek in de pot of de tray, tot halverwege de twee bladparen (e). Stekpoeder is in principe niet nodig. Dek de pot of de tray af met een plastic zodat er geen vocht verloren gaat (f). Zorg ervoor dat de plastic niet in contact komt met de bladeren. Op die plekken hoopt het vocht zich immers op en creëer je – zeker bij de behaarde bladeren van Hydrangea aspera – de ideale voedingsbodem voor schimmels.

       
    d   e   f
  4. Tenslotte...

    Plaats de pot of tray met de stekken op een plek met veel licht, maar niet rechtstreeks in de zon. Daardoor zouden de stekken onder het plastic verbranden. Je kunt eventueel melkwitte plastic gebruiken, of een schaduwnetje.

    Geef geen water tenzij de stekgrond droog aanvoelt. Door teveel water te geven gaan de stekken rotten.

    Afhankelijk van de temperatuur (ideaal: 22 °C, niet boven 25 °C) en de vochtigheid gaan stekken van Hydrangea macrophylla en H. serrata na zo'n 2 à 3 weken wortelen. Bij sommige cultivars lukt het al na een week. Als je licht aan de stek trekt en hij blijft zitten, is de wortelvorming aan de gang.

Terug naar boven

 

Winterstek

Bij winterstek worden houtachtige stekken gesneden terwijl de planten in rust verkeren. Je kunt dus vanaf eind oktober tot eind februari je slag slaan: van zodra de bladeren afvallen tot het sap in de plant weer begint te stromen. Winterstek lukt onder meer bij H. paniculata.

  1. Takken die tijdens het voorbije seizoen zijn gegroeid zijn het optimale stekhout. Met de snoeischaar snij je min of meer rechte takken af. Je verwijdert meteen de nog aanwezige bladeren; zo vermijd je verdamping waardoor je stekmateriaal zou uitdrogen. Vervolgens knip je de zachte, groene stengeluiteinden weg. Die groene toppen gaan immers gemakkelijk rotten, en voor je het weet heb je met schimmels af te rekenen!

  2. De takken versnijd je tot individuele stengelstekken met een lengte van 15 à 20 cm. Dat doe je als volgt (a):

    • de bovenkant snijd je ± 1 cm boven een ogenpaar recht af; door recht af te snijden bekom je een kleiner verdampingsoppervlak en beperk je de uitdroging
    • de onderkant snijd je ± 1 cm onder een ogenpaar schuin af; door schuin af te snijden maak je een groter oppervlak waaraan later wortels kunnen gevormd worden
    a
  3. Aan de onderkant van de stek snij je een schilfer schors van 1 cm weg om de wortelvorming te bevorderen (b). Onmiddellijk daarna dop je de onderste 2-3 cm van de stek in stekpoeder (c). Naast bewortelingshormoon bevat dat poeder een fungicide dat de stek behoedt voor rotten.

     
    b   c
  4. De stekken kan je steken...

    • in een gootje op een beschutte plek in de tuin, in goed drainerende grond waarin je een goede dosis verteerde tuincompost of potgrond hebt gemengd; zorg ervoor dat de stekken 10-15 cm uiteen en voor 2/3 onder de grond zitten, en sluit de greppel (d). Tussen de gootjes laat je een voetbreedte (10-15 cm) open om de grond terug te kunnen aantrappen na een vorstperiode
    • in een pot gevuld met een laag zand met daarop potgrond; maak gaten met een pootstok, potlood of met je vinger; stop de stekken er voor 2/3 in en duw de gaten dicht (e); plaats de pot op een vorstvrije plek met veel licht, maar niet rechtstreeks in de zon
     
    d   e

    Geef water met een fijne broes.

    Vroeger was het gebruikelijk de stekken eerst in te kuilen om te overwinteren. De stekken werden individueel of in bussels in gootjes gelegd zodat 2/3 onder de grond stak. Vervolgens werden de gootjes dichtgelegd en de stekken goed aangedrukt. Net als bij de moderne methode liet men tussen de gootjes 10-15 cm om te kunnen aanduwen na vorst. Vooraleer de stekken echt begonnen te wortelen (maart-april) werden ze dan in de humusrijke volle grond uitgeplant of ingepot.

  5. Tenslotte...

    Geef geen water tenzij de grond droog aanvoelt. Door teveel water te geven gaan de stekken rotten.

    Laat de stekken op dezelfde plek tot de volgende herfst (f). Je kunt ze dan voorzichtig uit de grond of de pot halen en oppotten net als een bewortelde zomerstek (g).

     
    f   g

Terug naar boven

 

Afleggen

Afleggen kan in de herfst of in het voorjaar. Het is een heel gemakkelijke methode die werkt bij hydrangea-soorten met soepele takken zoals Hydrangea aspera, H. macrophylla en H. quercifolia.

  1. Zoek een of meer takken die je tot op de grond kunt buigen.

  2. Dan bereid je de aflegger voor.

    Verwijder de bladeren over een lengte van 10-15 cm op de plaats waar de de takken de grond raken en schraap daar aan de onderzijde een eindje schors weg. Snij de tak niet door!

  3. Maak een greppeltje van zo’n 20 cm lang en 5 cm diep, leg de tak erin en vul op met (pot)grond. Zorg ervoor dat er een of meer knoppen onder de grond terecht komen, daar ontstaan de meeste wortels. Leg een (bak)steen op het ingegraven deel van de tak zodat het niet loskomt.

    Geef af en toe water.

    [1]
  4. Wanneer de “aflegger” goed geworteld is, en knoppen of bladeren vormt, knip je hem los van de moederplant. Laat hem nog enkele weken in de grond zitten vooraleer hem in te potten.

Referenties

  1. Tekening Judith King. Afbeelding op: http://www.hydrangeashydrangeas.com/propagation.html

Terug naar boven